Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij, Jezus ziende, en zeer [28]roepende, viel voor Hem neder, en zeide met een grote stem: [29]Wat heb ik met U [te doen], Jezus, Gij Zone Gods, des Allerhoogsten, ik bid U, dat Gij mij niet [30]pijnigt! 28. Namelijk de boze geest uit den mens, dien hij bezeten had. 29. Grieks wat is mij en u. 30. Namelijk voor den tijd des uitersten oordeels. Zie Matth.8:29.